woensdag 16 maart 2011

Meer over taal.

Ik had beloofd om vorig bericht uit te breiden. Ik denk dat ik inmiddels op een punt in mijn gedachten ben aan gekomen dat ik er wat meer zinnigs over kan zeggen. Ik dank daar Paul en Sjoerd in het bijzonder voor, vanwege hun bruikbare reacties.

Ten eerste denk ik dat taal niet per se het begin is van alle kennis. Ik was er eerst ten volste van overtuigd, maar nadat ik er vanmiddag nog eens goed over na had gedacht, naar aanleiding van een sms die ik van Sjoerd kreeg, ben ik bang dat ik mijn initiele uitspraken moet herzien. Nu denk ik echter dat het de mens zijn vermogen is om abstract te denken wat ons als mens in staat stelt om kennis te vergaren. Wiskunde en algebra, zijn in mijn ogen ook abstracties van de realiteit, net als taal; het is een code om relatief gezien tot kennis te komen.

Pythagoras had ook een bepaald idee, namelijk dat alles begon met een getal, dit was de zogenaamde arché; het beginpunt van al het wezen. Er waren wel meer filosofen in die tijd die er gebrekkige ideeën op na hielden, maar dat kun je ze nauwelijks kwalijk nemen door de beperkte middelen die ze destijds hadden. Wat deze filosofen daarentegen wel deden is naar aanleiding van de informatie die ze hadden min of meer logische inferenties maken. Dus hoewel ik het niet eens ben met Pythagoras, kan ik er wel iets bruikbaars uit halen. De natuur om ons heen gedraagt zich volgens bepaalde patronen en is, tot een bepaald punt denk ik, reduceerbaar tot cijfers en formules. Cijfers, nummers, getallen zijn abstracties die ons toe staan om ergens ‘zin’ van te maken; om iets te kunnen verwerken tot kennis.

Ik weet natuurlijk niet of men het nu eens is met de voorstelling die ik hiervoor heb gemaakt, maar ik brei er alvast een beetje op voort, want in mijn ogen blijft taal, als in het gesprokene en het gedachte, een belangrijke rol spelen in het construeren van kennis. Ik suggereerde in mijn vorige post dat taal de arché is van rationaliteit, maar ik realiseer me dat rationaliteit eigenlijk een erg vaag begrip is en allerlei ongewenste connotaties op kan wekken. Ik zal dan ook niet langer de connectie tussen rationaliteit en taal proberen te maken, omdat er denk ik zinnigere dingen over taal gezegd kunnen worden. Ik heb het nu over relatieve kennis overigens; kennis die er toe doet als het gaat om de mens als subject in de relatie met andere mensen. De codificering die wij gebruiken om met elkaar te communiceren gaat heel diep in het bewustzijn. Je denkt in taal en je praat in taal en wat er niet in taal is kan niet gedacht of gezegd worden. Tuurlijk, iemand kan iets zeggen wat nergens op slaat, maar dan slaat het dus nergens op. Het kan alleen informatie over dragen als de boodschap past binnen wat begrepen kan worden in het taalsysteem. Wat dat betreft is taal dus zo wel een middel om tot relatieve kennis te komen als wel een middel om die kennis te beperken en misschien zelfs wel te sturen.

Taal is wel een beetje flexibel als in dat de taal wel nieuwe woorden vormt als er nieuwe entiteiten ontstaan. Een voorbeeld is het woord ‘computer’ of het woord ‘aeroplane’ geintroduceerd in The Concise English Dictionary uit 1924. Het punt is dat woorden zich ontlenen aan de realiteit, maar de realiteit, zoals wij die in ons hoofd hebben, ontleent zichzelf ook aan woorden. Voor 1983 kon je het hebben over een ‘hacker’ bijvoorbeeld, maar dat was dan iemand die met onregelmatige slagen iets aan het hakken was. De verandering in de betekenissen van woorden geeft voor mij exact de relativiteit van kennis aan. Kennis bestaat alleen in een menselijk kader. Dat kader moet voldoen aan bepaalde regels en die regels moeten consistent herhaald worden. De regels zijn binnen taal dan grammatica, inflectioneel of wel gebaseerd op woordvolgorde of iets daar tussen in en de herhaling vind overal en altijd plaats. Dit gebeurt voornamelijk doordat het gesproken en geschreven wordt. Er is eigenlijk geen instantie die dit alles vast legt; hoewel ze het in Frankrijk wel geprobeerd hebben met een of andere instelling, maar over het algemeen gebeurt het door ontstane conventies. Het voorbeeld van Frankrijk is overigens geen erg goede, ook al is het een van de weinige, omdat het aan de ene kant regels voorschrijft, maar ook omschrijft. Het heeft nooit het hele taalsysteem omgegooit, maar slechts een prestigeus dialect opgepikt en dat tot de standaard gemaakt. De conventies, daarentegen, waarop taal berust, gaan veel verder terug en men weet dan ook niet waar en hoe het begin van de gesproken taal is ontstaan.

Ik heb al een tentatieve suggestie gedaan naar hoe de beginselen van taal ontstaan zouden kunnen zijn, maar het blijft bij natte-vinger werk en daar wil ik het ook graag bij laten. In plaats daarvan wil ik wat verder in gaan op het idee dat taal mensen beïnvloed. Dit is al voor mij gedaan en ik pretendeer dan ook niet baanbrekend te zijn. Deze stelling wordt de Sapir-Whorf stelling genoemd. Ik wil alleen een nog wat pessimistischer beeld scheppen. Op het moment dat er consensus bereikt wordt over bepaalde conventies; bijvoorbeeld als een groep besluit om een ding, dat bestaat uit vier poten en een plat vlak aan de bovenkant, een tafel te noemen, kun je daar niet meer voor of tegen zijn, omdat de mogelijkheid om jezelf begrijpelijk te maken in relatie staat tot de groep. Althans, je kunt er wel tegen zijn, maar dat verandert niet zo veel aan de zaak. Een tafel is in deze instantie nog een onschuldig voorbeeld wat voor de meesten onder ons niet zo moeilijk voor de geest te halen is. Woorden zoals genocide en incest bijvoorbeeld, die maatschappelijk beschouwd worden als taboo, daarentegen, zijn ontleent aan het Latijn. Ze worden denk ik expres buiten het bestaande taalsysteem gezocht voor hun eufemistische werking. Zelfs het woord taboo is een leenwoord wat volgens mij gebruikt wordt als eufemisme. Volgens mij zit er een soort van gevaar in dat soort verzameltermen. Derrida bijvoorbeeld ziet het gevaar in de verzamelterm ‘dieren’ voor alle andere dieren die niet de mens is.

Ik zie het gevaar voor de mens zelf; de mensheid die anderen naarstig in deelt in etniciteit, geslacht, seksuele voorkeur, huidskleur, leeftijd en ga zo maar door. Het is dan ook onmogelijk om een object te zien zonder direct te bepalen wat het is. Je bent constant bezig met abstraheren en codificeren, zelfs in onze dromen. Je kunt dromen over een groene tijger; maar dat kan alleen omdat je het concept groen kent en het concept tijger kent. Als je nog nooit een tijger hebt gezien of gehoord of je bent nooit op wat voor manier dan ook ooit in het contact gekomen met het concept tijger en je hebt er toch over gedroomd; dan zou je het waarschijnlijk omschrijven als een grote poes. Als je die dan weer niet hebt gezien zou je het weer van uit iets anders extrapoleren. Iets wat nieuw is wordt dus ook in bestaande categorieën opgedeeld. Het gevaar an sich is niet het op delen van dingen in categorieën of het labellen van dingen, want anders kan je geen kennis maken. Het gevaar zit het er in het feit dat labels altijd met connotaties komen.

Dan nu over algebra en wiskunde. Ik had niet zo snel verwacht dat ik daar iets over zou zeggen, maar ik zal waarschijnlijk dan ook geen inhoudelijke inzichten verschaffen aangaande deze onderwerpen. Wiskunde stelt ons in staat om de wereld en zelfs het universum in bepaalde waarden uit te leggen. Wat er dan precies wordt uit gelegd met al die waarden en getallen zijn hoe bepaalde dingen in elkaar zitten en hoe processen verlopen. Men kan door de hulp van Einstein bijvoorbeeld uit rekenen hoe licht en zwarte materie in een boog wordt getrokken door de aantrekkingskracht van een planeet of iets dergelijks. Op de aarde zelf kun je er ook een boel dingen mee verklaren, uit leggen, structureren en dus in je hoofd stoppen als feiten; kennis. Een berekening is of goed of fout, maar het systeem van de wiskunde is altijd functioneel. Het doet wat het behoort te doen en is in principe neutraal en daarin verschillen de codes taal en wiskunde. Doordat taal meer kan op wekken dan waar het ‘feitelijk’ naar refereert is het in mijn ogen een wapen; iets waarmee veel macht uitgeoefend kan worden. Dan bedoel ik niet alleen iemand die iemand anders vertelt om iets voor hem of haar te doen, maar op grotere schaal. Door middel van media bijvoorbeeld of door middel van het achterhouden van informatie en ga zo maar door.

Deze codificeringen zijn dus bruikbaar op verschillende vlakken, maar ik denk dat in de huidige samenleving de macht van taal een ontzettend belangrijke rol speelt, maar het komt er in het algemeen op neer waar je het meeste waarde aan hecht. Wat vind je belangrijker; de harde feiten die op den duur ook aan interpretatie onderworpen wordt en dan pas sociale signifcantie kan bereiken, of taal; een systeem om informatie over te dragen en vaak ook om die niet over te dragen, een systeem van macht.

2 opmerkingen:

  1. Deze reactie is verwijderd door de auteur.

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Second part:
    Also, we have to take into account that language is supported by the platform brain and where there is a brain as good in abstraction as ours, language--as being an abstract coding of the world--is not far away. Maybe it does not even make sense to discuss abstract thinking without talking about language. Maybe we do not even have to decide between thought and language as one being the ultimate necessity for acquiring knowledge while ignoring the other. To me thought and language are very much intertwined.
    To arrive at a first conclusion, abstract thinking is definitely required for language to come about. Language in turn is likely to come about if abstract thinking is given. Abstract thinking might be enough to get to some kind of knowledge, but regarding limited working memory capacity, I would say language is necessary for the large amount and the degree of abstraction of knowledge we can acquire. Besides all this, I think language as we know it evolved due to social reasons. If there was no need for a social group, but a need for knowledge (let's imagine an autistic tribe), we might have a language of thought (symbolic representation of the world in our head) instead of speech or sign language.

    PS: concerning math, you have to take into account that you more or less need language or let's say some kind of symbol system to express math (I do not talk about algebra in particular as this is a branch of mathematics).

    BeantwoordenVerwijderen

Bedankt voor uw, waarschijnlijk, zeer belangrijke bijdrage!