Ik ben vaak te ruig voor je huig
Te hard voor je hart
Je noemt mijn pik
Vaak genoeg
Liefkozend de grote schrik
Ik ben je piemelman
Die jongen
Die ook nog erg goed
Friemelen kan
Ik ben je neukvertier
Ik ben je vleespomp
Je dichtkitter
Van je veels te grote kier
Ik ben niets anders dan dat
Niets anders dan
De klodder mayonaise
In je zak patat
Ik ben repetitief samenzijn
Ik ben je kortste liefde
De misdaad en de pijn
Ik ben de klittekietelaar
De pus in je blaar
Het godenkanon
De goed gevulde bonbon
Ik spuit je onder en stamp je op je bek
Ik ga slapen en sta vroeg op
Want ik heb grote honger
En geen trek
Dit, mijn vriend, is het uitgeven waard.
BeantwoordenVerwijderen