Het verzoek van verscheidene mensen of ik “alsjeblieft weer iets op mijn blog wil schrijven” heeft mij diep geraakt. Ik zal dan ook, omdat zij het zo graag willen, gehoor geven aan dit verzoek. Ik kan niet beloven dat het spannend, spectaculair of grappig gaat worden, want het is voor jullie en niet voor mezelf.
Ik schrijf vaak luchtige dingen, maar dat is dan ook als mijn hoofd leeg is. De laatste tijd is deze niet leeg, integendeel, mijn hoofd en mijn hart zijn beiden vervult door een goed gevoel en de gedachte aan een specifiek persoon. Het zal wel weer eens niet. Een paar dagen geleden haatte ik mezelf er nog voor, maar inmiddels heb ik er vrede mee. Ik ben nu eenmaal snel afgeleid, verliefd of iets dergelijks. Ik voel me dan ook niet alleen seksueel, maar ook intellectueel en emotioneel aangetrokken tot haar. Ik kan daarbij ook nog goed met haar praten wat niet geheel uniek is, maar toch uitzonderlijk. Ik kan nog wel even door gaan waarom ze mij zo ontzettend aan spreekt, zodat mijn hoofd daarna leeg is en ik verder kan gaan met fantastische korte verhalen schrijven, zonder te vervallen in verder geslijm. Het zou ook een verandering in mijn algemene trend zijn en daar ben ik misschien ook wel een beetje blij mee. Die trend laat zich het beste kort omschrijven als een aaneenschakeling van teleurstelling, verdriet en woede. Het voordeel was daarbij wel dat ik gewend was om voorgenoemde gevoelens om te toveren in geniale stukjes tekst, maar ik geloof ook best dat het me met andere inspiratie ook moet lukken.
Om nog even door te gaan op die aaneenschakeling van negatieve gevoelens, wil ik even een korte introductie schetsen over hoe het allemaal zo gekomen is. Het begon allemaal op veertien maart negentienachtentachtig, twee weken nadat ik geboren was en het moment dat ik me als eerste kan herinneren. Na veertien dagen kun je alleen maar ademen, een beetje huilen en rond je heen kijken en juist dat laatste doet menig mens de das om. Je word ’s ochtends wakker, er is bezoek voor je, mensen hangen boven je wieg en trekken rare bekken, maken hoge geluiden en roepen constant ‘kiekeboe’, terwijl ze hun vlakke handen snel van voor hun gezicht weg trekken. Er word dan ook van je verwacht dat je gaat lachen, want gebeurd dat niet dan wordt er al gauw die vrouw bij gehaald die je later zal leren kennen als je moeder, dan wel, in mijn geval, die man met die grote baard die niet zo veel zegt. Al gauw groeit je verspilde moeite uit tot een omvangrijke wolk van frustratie, die zich dan weer verder ontwikkelt naar een sceptische kijk op het definitief vast stellen van het doel van het leven, een cynische kijk op andere mensen en misschien wel een sarcastische kijk op de wereld als geheel. De basis- en middelbare school zorgen vervolgens als een katalysator en dat zorgt er uiteindelijk voor dat je nu bent wie ik ben.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten
Bedankt voor uw, waarschijnlijk, zeer belangrijke bijdrage!