donderdag 27 augustus 2009

Dikke lul

Ik staar de ogen uit mijn kop
En smeer er wat geilheidspasta op.
Ik steek ze beiden in mijn mond
En droom van menig tiet en kont.

Ik denk alleen maar met mijn lul
En vraag me constant af
Wiens, waar en hoe ik het volgende kutje vul.

Ik neuk achter de kerk
In het bos of op mijn werk.
Ooit neuk ik mijn lul eraf
En dan graaf ik met mijn lul in mijn hand
Mijn eigen graf

Maar dáárvoor heb ik geen tijd voor spijt
En het maakt me niet uit of je het niet wil
Ik ga hoe dan ook vanavond nog van bil.

dinsdag 25 augustus 2009

Spui.

Spui,
Je bent een plein.
Niet erg groot,
maar ook niet erg klein.

Spui,
Ik zit graag
op je banken
En zou je daarom graag
Willen bedanken.

Rook er nog ééntje

‘Ik toren torenhoog boven iedereen uit.’ En hij flapperde wild met zijn armen heen en weer, terwijl hij midden op straat stond. ‘Zullen we er dan nog maar één draaien’ , vraag ik. ‘Ja’, want er is gisteren een lichte vorm van kinkhoest bij me geconstateerd en de wereld moet veel zwaarder worden, anders ben ik bang dat ik te ver omhoog vlieg. Mijn handen beginnen te zweten en ik houd ze voor mijn ogen. Mijn gezelschap kijkt me verbaasd aan. ‘We roken er nog een’, zeg ik. ‘We roken er nog één.’

maandag 24 augustus 2009

Harten voor de dichter.

Hij is de maker
En Hij is de stichter
De mensen daar benee'
Gaven op den duur
Zelfs harten aan de dichter


Hulk


Dichter bij de hartendief

Do you want your heart
to end with a full stop
Or with a different kind
of punctuation
Then call on me
for such an amputation.


http://www.faluninfo.nl/artikel/orgaanhandel/1142275905.html

Kunstmarkt.

Gisteren zag ik Nicolette Kluijver. Ik deed iets wat ik niet verwacht had van mezelf, maar waar ik wel van had gedroomd. Ik zag haar op 't Spui, tijdens de kunstmarkt en ze had een brede glimlach op haar mond, zoals ze ook altijd op televisie heeft. Ze had haar haar strak naar achteren en ze zei iets tegen een straatmuzikant die heel opzichtig aan het gapen was, toen ik haar kant op liep.

Het liep sowieso iets anders dan ik me had voorgesteld. In mijn ideale scenario liepen wij recht op elkaar af en keken elkaar dan recht in de ogen. We zouden een tijdje tegenover elkaar blijven staan en ons beiden afvragen of degene voor ons het echt was. Na ongeveer een minuut zouden we van de schok bekomen zijn en midden op het plein hartstochtelijk gezoend hebben. Geen straatmuzikant, geen kunstmarkt. Alleen Nicolette en ik.

Zo liep het dus niet. Nee, ik zag haar te laat en mijn hoofd werd in één klap tot pulp gestampt. Ik kon niet nadenken of ook maar een woord uitbrengen en voor ik het wist was zij en het moment voorbij. Ik ging naar een bankje, want ik moest echt even zitten. Toen ik eenmaal op adem was gekomen van de schokkende teleurstelling van daarnet en weer enigszins helder kon nadenken, stond ik op en rende de kant uit waarin zij ook was gegaan. Na twee minuten rennen zag ik haar achterzijde en begon te roepen:
"Nicolette, Nicolette!"
Ze draaide zich om en bleef wachten. Ik liep de laatste paar meter wat langzamer. Bij haar aangekomen, zette ik mijn handen op mijn bovenbenen om uit te puffen. Ze keek me vragend aan.
"Wat is er?" vroeg ze.
"Ik - ik hou van je." stamelde ik, nog steeds buiten adem.
"Wat zeg je?" vroeg ze me. Ik wist niet zeker of ze het niet verstaan had of dat ze verbaasd was over mijn biecht.
"Ik hou van je!" schreeuwde ik, terwijl ik mijn handen omhoog gooide. Verscheidene mensen keken nu van de overkant van de straat naar ons. Ik keek haar met grote ogen aan en ze keek een beetje verbaasd terug. Na tien seconden stilte, kwam die bekende glimlach weer op haar mond en begon ze heel hard te lachen.
"Erg lief van je, maar ik weet niet zo goed wat ik er mee moet." zei ze. Om heel eerlijk te zijn wist ik ook eigenlijk niet hoe het nu verder zou gaan. Mijn fantasie had zich tot het zoenen beperkt en ik had het idee dat ik dat nu beter nog even achterwege kon laten. Ik moest snel wat zeggen of wat doen, want anders zou ze sowieso weg lopen. Denk, Bram, denk.

Ik stapte toch op haar af, maar gaf haar een kusje op haar rechterwang. Ze schrok een beetje en lachte nerveus. Ik had haar overrompeld en ik was oprecht verbaasd over de geslaagdheid van mijn meest recente actie, want ik kreeg geen klap in mijn gezicht. Ik fluisterde in haar oor:
"ik ken je misschien enkel van televisie, maar ogen liegen niet en die van jou vertellen mij dat je het liefste meisje op deze planeet bent." Ze lachte weer. Ik kreeg rode wangen, want wat ik net had gezegd was wel erg cliché, maar ja, als het zijn werk maar doet.

En blijkbaar deed het zijn werk. Ze pakte een pen uit haar tas en pakte eveneens mijn hand. Ze schreef haar nummer op mijn hand en vroeg me of ik haar die avond wilde bellen. Wat er die avond is gebeurd kan ik jullie helaas niet vertellen, omdat ik anders problemen krijg met de agent van Nicolette.

zondag 23 augustus 2009

Hoorde ik laatst in de huiskamer.


“Als het eenmaal begonnen is met binnen te regenen, zal het buiten niet meer stoppen.” (Niets hé)


vrijdag 21 augustus 2009

We've got a little situation over here.

De status quo waarin mijn verhouding met mijn ex-vriendin zich bevond, bood mij een bron van inspiratie. Door mijn toedoen is deze bron leeggelopen. Ik heb de beslissing genomen en er een tijdje geleden een punt achter gezet. Een dikke vette punt wel te verstaan. Daar ga ik verder niet over uitwijden. Over mijn vermoedens waarom die status quo inspiratie opleverde, ga ik wel het een en ander vertellen.

Ieder mens irriteert zich wel eens in bepaalde situaties. Die situaties kunnen langere tijd duren en aan het ontstaan van deze situaties hoeft niet echt iemand schuld te dragen. Vaak zoekt men naar een schuldige, maar vaak is de situatie zelf de schuldige. Hetgeen je moet doen om de situatie te veranderen is niet de betrokkenen proberen te veranderen, maar om simpelweg de situatie te veranderen. Klinkt het niet heel logisch? Absoluut, maar er zit een addertje onder het gras.

Mensen hebben er niet altijd baat bij om de situatie te veranderen, ze moeten eerst een afweging maken van de voor- en nadelen van de huidige en de verwachtte situatie. Mochten de voordelen van de verwachtte situatie groter zijn dan de nadelen van de huidige dan is de beslissing natuurlijk snel genomen. Er moet actie ondernomen worden. Lag de situatie maar altijd zo makkelijk als ik het hier laat lijken, want dat is 'ie namelijk meestal niet.

Mijn situatie is verleden tijd en alleen vanuit die optiek kun je het zo objectief mogelijk beoordelen. Het is de laatste stap in de zelfreflectie, maar niet altijd de belangrijkste. De belangrijkste stap is de afweging, totdat je aan de laatste stap bent begonnen. Als je de afweging fout doet, kun je je voor altijd in een dergelijke situatie bevinden en niet eens toekomen aan de laatste stap. Dus trek godverdomme je conclusies.

Ik had een relatie. In het begin was het leuk, maar we zaten te dicht op elkaars lip. We wonen op dezelfde studenteneenheid en je woont vanaf dag één dat je elkaar kent al praktisch samen. Je kunt nergens 'vluchten'. Ik wil af en toe, en misschien wel vaker 'vluchten'. Ik heb daar verschillende manieren voor. De eerste keer, net voordat het uit ging, gebruikte ik het roken van wiet om te vluchten. De slechtste manier als je het mij vraagt, maar wel de makkelijkste. Grijp gewoon naar de drugs of de drank en je zorgen lijken als sneeuw voor de zon te verdwijnen.

De tweede keer pakte ik het anders aan. Ik vluchtte niet langer als een lafaard in excessief blowen. Ik had er geen zin in om mijzelf de dupe te laten worden van de situatie. Ik zag in dat ik niet schuldig was, iets wat ik de keer daarvoor wel dacht. Mijn geweten knaagde destijds voor niets aan mij en dat is niet goed. Niet goed voor mij, niet goed voor haar, niet goed voor de situatie.

De tweede keer was een status quo. We gingen goed met elkaar om en ik had, net als zij ook ongetwijfeld had, een aantal irritaties. Ik kon ze goed van me afschrijven. Irritaties voeden mij. Het liefst laat ik ze een beetje aanzwellen, om ze vervolgens als een explosie uit mijn pen te laten knallen. Zo ben ik. Ik had graag gewild dat het anders was en dat ik ook al was ik compleet sereen van binnen, als nog los kan gaan op mijn vel papier. Bijna onmogelijk. Het is daarom ook dat ik het uit heb gemaakt. Als de situatie een klootzak vereist die de knoop moet doorhakken, dan wil ik die rol best op me nemen. Ookal vind ik mijzelf helemaal geen klootzak.

Ik vraag jullie daarom één ding. Willen jullie me alsjeblieft irriteren? Al is het maar een klein beetje, ik zorg er wel voor dat de irritatie aan mijn zijde steeds groter wordt. Als een klein wratje op je hiel. Klein maar venijnig. Ik kan niet beloven dat er goed materiaal van terecht komt, maar veel slechter en onduidelijker dan deze uiteenzetting zal het echt niet worden.

maandag 17 augustus 2009

Op je donder.

Ik reken mezelf rijk

Waan mezelf een wonder

Misschien ga ik daarom steeds op mijn bek

Maar dat interesseert me geen donder

zondag 16 augustus 2009

Spartaanse spanning

Op den duur ben je uitgeluld en voel je jezelf van je creatieve bron beroofd. Die toestand kan een dag aanhouden, maar sommige mensen hebben er zelfs hun hele leven last van. Ik heb er gelukkig bijna nooit last van, maar toch vaker dan ik zou willen. Ik voel me er altijd ellendig door en misschien is het ook wel het begin van een vicieuze cirkel. Ik voel me ellendig en schrijf dus niks of échte poep wat niemand wilt lezen óf ik schrijf goeie dingen, waar ik me goed over voel en dat resulteert in het schrijven van meer goede dingen. Als ik me ellendig voel of als ik wat lusteloos ben, dan ga ik ook automatisch filosofischer nadenken, met een sombere ondertoon. Ik weet dat ik dat niet moet doen, maar toch doe ik het. Ik kan dan wel geweldige gedichten over de liefde schrijven of over het ultieme geluk als ik mij in die toestand bevind. Ik kan dan mezelf en jullie voor de gek houden, over die gave beschik ik en daar ben ik heilig van overtuigd. Alleen zie ik niet in waarom ik mezelf voor de gek zou houden. Ik hou mezelf al zo vaak voor de gek. Ik praat mezelf verliefdheid aan, terwijl ik het niet voel bijvoorbeeld. Ik voel me schuldig als ik voor mezelf kies, terwijl daar totaal geen reden toe is. Ik hou jullie vaak nog niet half zo veel voor de gek als ik mezelf voor de gek hou. Ik praat mezelf aan dat ik niet gemakkelijk genoeg een meisje kan krijgen, ondanks dat ik er goed uit zie. Ik hou tegen mezelf vol dat er van al die dromen en ambities helemaal niks komt en dat ik uiteindelijk terug in Zeeuws-vlaanderen terecht kom en daar mijn dagen zal slijten als een cassiere in de C1000.
En daar zit een drijfveer, een angst. Zonder angst kan ik niet leven. Ik dacht vroeger dat je voor niks bang moest zijn om je leven optimaal te kunnen ervaren. Dat is niet zo. Hoe meer angsten je kunt toornen met je lef, hoe spannender het leven wordt. En om heel eerlijk te zijn, ben ik de laatste tijd veels te saai geworden. Ik speel te weinig met mijn angsten. Je hoeft mij echt niet meer op een skateboard te zetten, want die tijd heb ik allang gehad, maar ik heb het over vrouwen. Net als (bijna) iedere andere man heb ik de angst om afgewezen te worden. Ik weet niet precies hoe dat in zijn werking gaat, want die keren dat ik afgewezen werd, ging ik er eigenlijk al vanuit. Nee, misschien is het goed als ik een keer die onverwachte klap in mijn gezicht krijg.

"Wakker worden Bram!" "Je leven berust te veel op zekerheden en wij zijn hier gekomen om jou wereld op zijn grondvesten te doen schudden en je te laten zien wat spanning is." zei het vrouwenlegioen in het Spartaans.
"Oh ok." reageerde ik in mijn gebrekkige Spartaans.
De vrouwen omsingelden me en maakten de kring die ze om me heen vormden steeds kleiner. Ik keek vluchtig om me heen en zag al die boze, bijna agressieve blikken. Grote vrouwen die hun speren in aanvalspositie hielden. Ik kreeg bijna geen adem meer toen de vrouwen de kring niet meer kleiner konden maken. Ze deden de arm waarin zij de speer vasthielden naar achteren en ik verwachtte ieder moment een regen van speren in mijn lijf te voelen en ik kneep mijn ogen dicht. Niks. Na tien seconden nog steeds niks. Zouden ze een spelletje met me aan het spelen zijn? Ik deed één oog open. Ik zag drie vrouwen voor me en ze stonden helemaal stil. Als vastgenageld aan de grond. Ik deed nu ook mijn andere oog open en keek achter me. Alle vrouwen stonden in dezelfde, versteende positie. Ik slaakte even een zuchtje van opluchting. Ik stond op en duwde wat vrouwen aan de kant en ging naar school, om een beetje aan mijn Spartaans te werken. Ik had de confrontatie vermeden, maar ik vroeg me wel af waarom ze me niet hadden neergestoken. Ik zal het antwoord nooit weten en voor altijd een saai leven lijden, mits ik thuis een speer kan vinden.

woensdag 12 augustus 2009

Love me, read me, buy me.

Keer op keer moet ik weer aan d'r lijve ondervinden hoe moeilijk het is om niet in moralistisch voorgekauwd gezeik te verzanden. Simpelweg omdat de literaire regel bestaat dat je er niet vanuit mag gaan dat je lezers totale randdebielen zijn. Het is moeilijk om daar niet vanuit te gaan, terwijl je weet dat het wel zo is. Ik zal je eens een goeie vraag stellen. Waarom zit je anders met je stomme kop naar dat schermpje te staren? Echte literatuur vindt je toch op papier en niet digitaal? Nou moet ik heel eerlijk bekennen dat ik bijna alles eerst met pen uitschrijf, alvorens het op mijn blog te plaatsen. Weet je waarom? Omdat ik hoop dat ik het later voor veel geld kan verkopen. Echt waar. Ik zal geen mooi weer voor mijn trouwe lezers spelen, want ik vertrouw er op dat deze informatie bij jullie in goede handen is en dat jullie het niet zullen doorvertellen. Mocht je dat toch doen, dan werkt het alsnog in mijn voordeel, want dan krijg ik meer naamsbekendheid. Naamsbekendheid die zich zal laten uitbetalen in keiharde knaken, want ik ben net als God. Ik heb altijd geld nodig.

maandag 10 augustus 2009

Het gevonden dagboek

Ik werd vanmorgen verschrikt wakker. Iets in mijn broek was kopjes aan het geven en ik wist dat als ik niet snel naar de w.c. zou gaan dat zich Tsernobyl in mijn bed zou manifesteren. Daar had ik geen zin in, dus ik klom snel van mijn hoogslaper naar beneden en nam plaats op het maagdelijke porselein. Ik nam het er maar van, want ik was toch vroeg op en ik moest pas om 10 uur op mijn werk zijn. Na een ruim kwartier stond ik op en draaide me om, om even de schade te inspecteren. Naast een grote hoeveelheid stront vond ik nog iets anders op het scheitinspectie-verhoginkje, namelijk een heel klein boekje. Ik pakte het boekje op en spoelde het af, want ik moet natuurlijk wel een beetje aan mijn persoonlijke hygïene denken. Ik deed het boekje open en zag op verscheidene bladzijden de titel: 'lief dagboek.' Ik was verrast en kon niet direct plaatsen wie de auteur van dit dagboek kon zijn. Er schoten me allemaal potentiële auteurs binnen, zoals een lintworm of een anderssoortige parasiet. Ik raakte een beetje in paniek en begon voorin in het boekje te lezen, zodat ik mijn angsten dan wel kon bevestigen en actie te kunnen ondernemen dan wel kon ontkrachten en op de w.c. kon genieten van een stukje darmstelstel-literatuur.

"Lief dagboek,

Vandaag krabde Bram weer veelvuldig aan me en hoewel ik het af en toe wel lekker vind, gaat hij soms te ver. Vandaag ook, hij stak zelfs een vinger in me. Afgrijselijk. Ik vraag me soms af of Bram de weg naar zijn prostaat probeert te vinden en stukje bij beetje verder met zijn vinger door me heen gaat."

Ik besefte nu dat het om mijn anus ging. Ik was aan de ene kant opgelucht en aan de andere kant schaamde ik me een beetje. Ik was er van verzekerd dat het dagboek niet van een parasiet afkomstig was, maar van een onschuldig lichaamsdeel. Ik had alleen geen goede indruk gemaakt op mijn anus. Hij leek zich enigszins gepikeert te voelen over het feit dat ik er veelvuldig met mijn vingers aan zat. Misschien vinden mijn vingers het ook helemaal niet leuk, maar ja daar is nog nooit een goed stukje tekst uit gekomen. Ik sloeg de bladzijde om. Ik was erg benieuwd of er ook een positieve noot in dit dagboek voorkwam. Over het feit dat ik altijd netjes mijn kont afveeg nadat ik naar de w.c. ben geweest voor nummer twee misschien, of dat ik 'em wel eens een beetje insmeer, als 'ie schraal is bijvoorbeeld. Ik sloeg vol spanning de pagina om.

"Lief dagboek,

Dit keer ging hij echt te ver. Hij heeft het gehaald hoor die jongen. Hij heeft zijn prostaat bereikt en hij vindt het fantastisch. Het begon vanmorgen al. Hij zat meteen aan me en nog geen vijf minuten later zat hij al vijf centimeter door me heen. Hij bewoog zijn vinger op en neer en na nog eens vijf minuten zat hij met zijn vingertopje tegen zijn prostaat. Ik hoorde hem zachtjes hijgen en op dat moment kon ik me niet voorstellen dat die jongen zo halsstarrig tegen andere mensen volhoudt dat hij niet homoseksueel is. Iedere mongool kan toch zien dat Bram een latente nicht is. Iemand die over ruggen gaat. Even later begint hij zich er ook bij af te trekken. Dat lukt hem normaal nooit, als hij die malle blaadjes erbij pakt, maar nu ik om de hoek kom kijken staat zijn pielemoos fier overeind."

Ik slikte een paar keer en liet zelfs het boekje bijna in de w.c. vallen. Van de zenuwen zat ik bijna aan mijn anus, maar ik realiseerde me nog net op tijd dat ik beter even mijn kont af kan vegen, vooraleer ik deze beroer. Ik durfde het bijna niet aan, maar toch hield ik de ijdele hoop dat er nog iets positiefs zou komen. Ik sloeg wederom een pagina om.

"Godverdomme Bram! Hij liet zich vandaag versieren door een of andere vijftig-jarige grijsaard in de winkel waar hij werkt. Ten eerste ging Bram veels te makkelijk mee en ging hij te snel....."

Ik klap het dagboek dicht en steek het in mijn kont. Dit hoeft niet allemaal aan het licht te komen.

zondag 9 augustus 2009

Knuffelbeer

Had ik maar een machinegeweer,
Dan schoot ik alle stoute mensen neer.
Had ik maar een schietpistool,
Dan vermoordde ik zelfs mijn lievelingsidool.

Had ik maar wat liefde te geven,
Dan zouden al die mensen nu nog leven.
Had ik maar wat minder te haten,
Dan kon ik misschien met echte mensen praten.

dinsdag 4 augustus 2009

Sjon.

Dit is Sjon. Sjon houdt van sneakers. Het liefst Adidasjes, maar mijn Puma's vindt hij ook wel leuk. Hij heeft zelf old-school hi-top sneakers in het wit. Die droeg hij toen ik hem voor het eerst ontmoette. Hij had ze een tijd terug gekocht op de markt. Op de markt zijn ze een stuk goedkoper dan in de winkel, dus waarom zou je meer betalen dan nodig is vroeg hij me laatst. Iets waar ik niet direct het antwoord op wist. Ik stond zogezegd met mijn mond vol tanden. Iets wat Sjon niet meer kan zeggen. De high-tops zijn lekker stevig en dus goed voor zijn enkels, want die zijn een beetje zwak. Ze passen ook overal wel goed bij vindt hij zelf. Hij heeft ook een ander paar Adidasjes, die hij trouwens ook op de markt heeft gekocht. De Albert Cuyp markt overigens, in Amsterdam. Ze zaten wel goed toen hij ze paste, maar er stonden allerlei rare dingen op. Dingen die hij assocïeerde met het moderne en het jeugdige. Iets waar hij zich niet van distantïeert, maar waar hij zelf niet actief meer aan deel hoeft te nemen. Aan al die poeha. Hij heeft ze daarom maar zilver gemaakt met schoenpoets. Iets waar ik zelf niet op gekomen zou zijn, maar waar ik zeker aan zal denken als ik ooit sneakers tegen kom die wél lekker zitten, maar er niet zó leuk uit zien.

Sjon heeft drie jaar in een Japans kamp vast gezeten gedurende de tweede wereldoorlog. Hij praat er niet veel over, omdat hij dat moeilijk vindt. Ondanks dat doet hij er erg luchtig over tegenover mij. Hij vond alleen jammer dat hij daar geen lekker voedsel kreeg. Dat stond hem erg tegen en dat zou mij ook tegen staan. Ik begrijp dat het je een leven lang kost om zoiets te verwerken en het enige wat de pijn kan verlichten is er eindeloos over door blijven praten. Sjon kan goed praten. Zijn leeftijd (81) speelt hem op dat gebied nog lang geen parten en mag het dan ook erg graag over van alles en nog wat hebben, maar vooral over zichzelf. Net als ik. Ik zou hele avonden vol kunnen lullen over mezelf en dat doe ik dan soms ook. Dat is ook de reden dat ik hem in eerste instantie aansprak. Ik wilde die avond grote verhalen vertellen aan mijn vrienden. Om indruk op ze te maken. Over hoe ik eerder die dag een oude man had gefotografeerd op 't Spui en hoe ik hem had benaderd. Uiteindelijk zou het verhaal dus niet over die man gaan, maar over hoe ik die man heb leren kennen en hoe ik dat ervaar en hoe ik jullie beperk tot een tunnelvisie die 'het oog van Bram van den Reijen' heet. Máár het meest van alles zou het verhaal draaien om het feit dat ik zo'n ongelovelijke durf heb en daarom fantastisch ben. Dat is het hele doel van mijn actie en ik hoop dat jullie bewustzijn daar ook doordrenkt van is. Je zult maar van me aan moeten nemen dat ik geen onzin praat en het enige bewijs wat ik je kan aandragen is deze en nog wat andere foto's van Sjon.

Sjon is destijds uit het kamp gekomen doordat de Amerikanen 'de bom' ergens in Japan hadden gegooid. Anders zat hij er voor goed. Iets wat ik niemand zou toewensen en zeker Sjon niet. Hij werd eerst ergens in Indonesië ondergebracht en is daarna terug naar Nederland gevlogen. Toen hij terug in Nederland kwam, begon hij met de opleiding Medicijnen. Hij dacht dat ik dat ook wel zou studeren. Ik moest hem helaas teleurstellen. Hij kon goed leren, maar hij wilde er niet al te hard voor werken. Hij gooide er met de pet naar, zo zei hij zelf. Hij kapte er mee en ging naar de HBS. Dit ging hem dan weer wat te makkelijk af. Hij voltooide binnen twee en een half jaar de vijf jaar durende HBS. Dat had hij beter niet kunnen doen achteraf gezien. Hij moest weer de militaire dienst in. Iets waar hij echt niet op stond te wachten, aangezien hij dan kans had om richting Nederlands-Indië uitgezonden te worden. Hij besloot om naar de KMA te gaan in Breda. Daar ben ik ook ooit geweest, voor een open dag, toen ik nog een jong, naïef sukkeltje was. Hij kwam er alleen om maar niet uitgezonden te worden. Hij werd na een aantal opleidingen uiteindelijk Kapitein en na vijftien jaar in totaal gediend te hebben mocht hij uit dienst treden. Hij had er vele malen om gevraagd, maar ze lieten hem pas na die tijd gaan. Na nog bij de sociale dienst gewerkt te hebben in Rotterdam kwam hij terug in Amsterdam, waar hij zogezegd met open armen ontvangen werd. Ze hadden mensen nodig, dus wat verwachtte je anders. Dat vond hij allemaal wel leuk en aardig, maar hij wilde één ding niet doen en dat was té veel z'n best doen. Op die manier heeft hij het al die tijd uit weten te houden. Ik ben het op dit punt helemaal met Sjon eens, want met te veel je best doen heb je uiteindelijk alleen jezelf mee.

Hij lichtte deze levensvisie met een concreet voorbeeld toe. Hij had ooit een neef gehad die docent was. Hij had zich opgewerkt tot decaan en volgens Sjon vooral om aan de behoeftes van zijn vrouw te voorzien. Zijn vrouw was een 'rotwijf'. Sjon's neef kreeg op zijn vijfenvijftigste een hartaanval en legde bij dit voorval het loodje. Hij had heel zijn leven hard gewerkt en het er nooit echt van genomen. Doodzonde.

Sjon ging na de sociale dienst in het makelaarsleven en boerde daar goed mee. Hij heeft het inmiddels overgedragen aan een jonger familielid en slijt zijn dagen nu op het Spui. Om er even uit te zijn. Volgens mij komt hij er niet alleen om er even uit te zijn. Ik denk dat hij er net als ik komt om de mensen te zien passeren en te weten dat hij niets hoeft. Ik omdat ik pauze heb en hij omdat 'ie lang en breed met pensioen is. Hij weet dat ook al doe je niet erg je best je er toch wel komt en je uiteindelijk misschien wel een beetje beroemd wordt door een of andere fotograferende gek.