dinsdag 4 augustus 2009

Sjon.

Dit is Sjon. Sjon houdt van sneakers. Het liefst Adidasjes, maar mijn Puma's vindt hij ook wel leuk. Hij heeft zelf old-school hi-top sneakers in het wit. Die droeg hij toen ik hem voor het eerst ontmoette. Hij had ze een tijd terug gekocht op de markt. Op de markt zijn ze een stuk goedkoper dan in de winkel, dus waarom zou je meer betalen dan nodig is vroeg hij me laatst. Iets waar ik niet direct het antwoord op wist. Ik stond zogezegd met mijn mond vol tanden. Iets wat Sjon niet meer kan zeggen. De high-tops zijn lekker stevig en dus goed voor zijn enkels, want die zijn een beetje zwak. Ze passen ook overal wel goed bij vindt hij zelf. Hij heeft ook een ander paar Adidasjes, die hij trouwens ook op de markt heeft gekocht. De Albert Cuyp markt overigens, in Amsterdam. Ze zaten wel goed toen hij ze paste, maar er stonden allerlei rare dingen op. Dingen die hij assocïeerde met het moderne en het jeugdige. Iets waar hij zich niet van distantïeert, maar waar hij zelf niet actief meer aan deel hoeft te nemen. Aan al die poeha. Hij heeft ze daarom maar zilver gemaakt met schoenpoets. Iets waar ik zelf niet op gekomen zou zijn, maar waar ik zeker aan zal denken als ik ooit sneakers tegen kom die wél lekker zitten, maar er niet zó leuk uit zien.

Sjon heeft drie jaar in een Japans kamp vast gezeten gedurende de tweede wereldoorlog. Hij praat er niet veel over, omdat hij dat moeilijk vindt. Ondanks dat doet hij er erg luchtig over tegenover mij. Hij vond alleen jammer dat hij daar geen lekker voedsel kreeg. Dat stond hem erg tegen en dat zou mij ook tegen staan. Ik begrijp dat het je een leven lang kost om zoiets te verwerken en het enige wat de pijn kan verlichten is er eindeloos over door blijven praten. Sjon kan goed praten. Zijn leeftijd (81) speelt hem op dat gebied nog lang geen parten en mag het dan ook erg graag over van alles en nog wat hebben, maar vooral over zichzelf. Net als ik. Ik zou hele avonden vol kunnen lullen over mezelf en dat doe ik dan soms ook. Dat is ook de reden dat ik hem in eerste instantie aansprak. Ik wilde die avond grote verhalen vertellen aan mijn vrienden. Om indruk op ze te maken. Over hoe ik eerder die dag een oude man had gefotografeerd op 't Spui en hoe ik hem had benaderd. Uiteindelijk zou het verhaal dus niet over die man gaan, maar over hoe ik die man heb leren kennen en hoe ik dat ervaar en hoe ik jullie beperk tot een tunnelvisie die 'het oog van Bram van den Reijen' heet. Máár het meest van alles zou het verhaal draaien om het feit dat ik zo'n ongelovelijke durf heb en daarom fantastisch ben. Dat is het hele doel van mijn actie en ik hoop dat jullie bewustzijn daar ook doordrenkt van is. Je zult maar van me aan moeten nemen dat ik geen onzin praat en het enige bewijs wat ik je kan aandragen is deze en nog wat andere foto's van Sjon.

Sjon is destijds uit het kamp gekomen doordat de Amerikanen 'de bom' ergens in Japan hadden gegooid. Anders zat hij er voor goed. Iets wat ik niemand zou toewensen en zeker Sjon niet. Hij werd eerst ergens in Indonesië ondergebracht en is daarna terug naar Nederland gevlogen. Toen hij terug in Nederland kwam, begon hij met de opleiding Medicijnen. Hij dacht dat ik dat ook wel zou studeren. Ik moest hem helaas teleurstellen. Hij kon goed leren, maar hij wilde er niet al te hard voor werken. Hij gooide er met de pet naar, zo zei hij zelf. Hij kapte er mee en ging naar de HBS. Dit ging hem dan weer wat te makkelijk af. Hij voltooide binnen twee en een half jaar de vijf jaar durende HBS. Dat had hij beter niet kunnen doen achteraf gezien. Hij moest weer de militaire dienst in. Iets waar hij echt niet op stond te wachten, aangezien hij dan kans had om richting Nederlands-Indië uitgezonden te worden. Hij besloot om naar de KMA te gaan in Breda. Daar ben ik ook ooit geweest, voor een open dag, toen ik nog een jong, naïef sukkeltje was. Hij kwam er alleen om maar niet uitgezonden te worden. Hij werd na een aantal opleidingen uiteindelijk Kapitein en na vijftien jaar in totaal gediend te hebben mocht hij uit dienst treden. Hij had er vele malen om gevraagd, maar ze lieten hem pas na die tijd gaan. Na nog bij de sociale dienst gewerkt te hebben in Rotterdam kwam hij terug in Amsterdam, waar hij zogezegd met open armen ontvangen werd. Ze hadden mensen nodig, dus wat verwachtte je anders. Dat vond hij allemaal wel leuk en aardig, maar hij wilde één ding niet doen en dat was té veel z'n best doen. Op die manier heeft hij het al die tijd uit weten te houden. Ik ben het op dit punt helemaal met Sjon eens, want met te veel je best doen heb je uiteindelijk alleen jezelf mee.

Hij lichtte deze levensvisie met een concreet voorbeeld toe. Hij had ooit een neef gehad die docent was. Hij had zich opgewerkt tot decaan en volgens Sjon vooral om aan de behoeftes van zijn vrouw te voorzien. Zijn vrouw was een 'rotwijf'. Sjon's neef kreeg op zijn vijfenvijftigste een hartaanval en legde bij dit voorval het loodje. Hij had heel zijn leven hard gewerkt en het er nooit echt van genomen. Doodzonde.

Sjon ging na de sociale dienst in het makelaarsleven en boerde daar goed mee. Hij heeft het inmiddels overgedragen aan een jonger familielid en slijt zijn dagen nu op het Spui. Om er even uit te zijn. Volgens mij komt hij er niet alleen om er even uit te zijn. Ik denk dat hij er net als ik komt om de mensen te zien passeren en te weten dat hij niets hoeft. Ik omdat ik pauze heb en hij omdat 'ie lang en breed met pensioen is. Hij weet dat ook al doe je niet erg je best je er toch wel komt en je uiteindelijk misschien wel een beetje beroemd wordt door een of andere fotograferende gek.

2 opmerkingen:

Bedankt voor uw, waarschijnlijk, zeer belangrijke bijdrage!